2.2 OVERZICHT ROLLEN EN KERNCOMPETENTIES

2.3 Rol: Zorgverlener

2.3.1 Zorg voor chronisch zieken, gehandicapten en stervenden
kerncompetentie 1: Om de last van ziekte, handicap of sterven te verlichten, verleent de VGG op een professioneel verantwoorde wijze verpleegkundige zorg op menselijke maat aan de cliënt en zijn naaste familie

kerncompetentie 2: Om cliënten te helpen bij het omgaan met de gevolgen van het ziek zijn en bij het voorkomen en terugdringen van psychosociale problemen, biedt de VGG psychosociale en psychiatrische zorg

2.3.2 Palliatieve terminale zorg
kerncompetentie 3: Om het lijden van zorgvragers te verlichten bij wie de ziekte niet meer reageert op een curatieve behandeling, en het sterven binnen afzienbare tijd verwacht kan worden, verleent de VGG palliatief terminale zorg

2.3.3 Zorg voor mantelzorgers
kerncompetentie 4: Om het zelfmanagement van mantelzorgers van chronisch zieken, gehandicapten of stervenden te bevorderen, biedt de VGG ondersteuning aan mantelzorgers

2.3.4 Individuele en collectieve preventie
kerncompetentie 5: Om risico’s voor de gezondheid en
complicaties van onderzoek, behandeling of verblijf te verminderen en/of te
stabiliseren, past de VGG primaire, secundaire en tertiaire preventie toe

2.3.5 GVO
kerncompetentie 6: Om het zelfmanagement en een gezonde leefstijl bij cliënten en hun familie te bevorderen geeft de VGG op asis van een programmatische aanpak informatie, voorlichting en advies aan individuen en groepen

2.4 Rol: Regisseur

2.4.1 Zorg voor zieken, gehandicapten en stervenden
Kerncompetentie 7: Om de zorg te laten verlopen als een continu en integraal proces dat gericht is op het welzijn van de zorgvrager coördineert de VGG de zorg.

Kerncompetentie 8: Om ervoor te zorgen dat de zorgvrager de zorg krijgt die hij nodig heeft, als zijn situatie zich wijzigt of zich anders ontwikkelt dan ten tijde van het indicatiebesluit werd verwacht, brengt de VGG een herindicatieadvies uit

2.4.2 Individuele en collectieve preventie
Kerncompetentie 9: Om te zorgen dat de doelen van een preventieprogramma worden gerealiseerd, coördineert de VGG de afgesproken activiteiten.

2.5 Rol: Ontwerper

2.5.1 Zorgprogrammering
Kerncompetentie 10: Om de verpleegkundige deskundigheid te waarborgen in een integrale aanpak van zorg, behandeling en voorlichting werkt de VGG mee aan de ontwikkeling en vaststelling van nieuwe zorgprogramma’s.

2.5.2 Kwaliteitszorg
Kerncompetentie 11: Om de kwaliteit van de zorg te bewaken en te waarborgen participeert de VGG in het ontwerpen van kwaliteitszorg op afdelingsniveau of teamniveau

2.5.3 Zorgbeleid
Kerncompetentie 12: Om de zorgverlening op de afdeling of in het team zo efficiënt, effectief en goed mogelijk te laten verlopen, levert de VGG een bijdrage aan het totstandkomen van het zorgbeleid.

2.6 Rol: Coach

2.6.1 Zorgprogrammering en zorgbeleid
Kerncompetentie 13: Om de doelen van het zorgbeleid en de zorgprogramma’s te realiseren kan de VGG extra- en intramuraal werkende verpleegkundigen,verzorgenden en helpenden helpen en steunen bij het uitvoeren van de vastgestelde taken en functies.

2.6.2 Coachen
Kerncompetentie 14: Om stagiaires, en collega verpleegkundigen en verzorgenden te steunen in hun professionele identiteit, staat de VGG de collega met raad en daad terzijde

2.6.3 Werkbegeleiding
Kerncompetentie 15: Om stagiaires en collega-verpleegkundigen en -verzorgenden zich te laten ontwikkelen in hun professionele identiteit, kan de VGG nieuwe en oude collega's en stagiaires inwerken en begeleiden.

2.7 Rol: Beroepsbeoefenaar

2.7.1 Beroepsinnovatie
Kerncompetentie 16: Om het beroep van de VGG te ontwikkelen tot een professie die aansluit bij maatschappelijke ontwikkelingen van de eenentwintigste eeuw, vervult de VGG een actieve rol in de vernieuwing van het beroep en het bevorderen van het beroepsbewustzijn.

2.7.2 Deskundigheidsbevordering
Kerncompetentie 17: Om de kwaliteit van het VGG beroep op het vereiste peil te houden, zodat het kan voldoen aan de maatschappelijke criteria, werkt de VGG-verpleegkundige actief mee aan de bevordering van de deskundigheid van de beroepsgroep